916 Weergaven
7 Downloads
Lees verder
Omdat maatschappelijke veranderingen om een nieuwe wijze van vererving vroegen, werd in 2003 het Nederlandse erfrecht grondig herzien. De nieuwe wet biedt een oplossing voor standaardgevallen, zodat een testament niet meer nodig is. Maar het leven is niet standaard, en daardoor zijn er veel situaties denkbaar waarin een testament een verbetering of fiscale besparing kan opleveren.

Maatschappelijke ontwikkelingen

Waren in het begin van de twintigste eeuw eerst nog de kinderen de enige erfgenamen van een ouder, in 1923 kreeg de langstlevende echtgenote ook een kindsdeel. Na de Tweede Wereldoorlog werd het steeds wenselijker gevonden dat de langstlevende echtgenoot verzorgd achter moest blijven. De kinderen dienden pas iets te krijgen als beide ouders waren overleden.

De verzorging van de langstlevende ouder werd belangrijker dan het recht op een legitieme portie van de kinderen. Ouders maakten een zogenaamd langstlevende testament, waarbij de langstlevende eigenaar werd van alle nagelaten goederen en de kinderen een vordering op de langstlevende kregen die pas opeisbaar was bij het overlijden van de langstlevende. Dit langstlevende testament was de basis voor het nieuwe wettelijk erfrecht in 2003.

Het erfrecht sinds 2003

De wetgever heeft voor de meest voorkomende gevallen een standaardoplossing bedacht, die met name gebaseerd is op het normale gezin: vader, moeder en kinderen. Het is voor de vererving niet van belang of de ouders wel of niet met huwelijksvoorwaarden zijn gehuwd.

Bij overlijden van een ouder zijn de langstlevende echtgeno(o)t(e) en de kinderen ieder voor een gelijk gedeelte erfgenaam in de nalatenschap van de overledene. Indien sprake is van een algehele gemeenschap van goederen, dan bestaat de nalatenschap van de overledene uit de helft van die algehele gemeenschap van goederen. De andere helft is immers eigendom van de langstlevende. Deze helft erft de langstlevende dus niet!

Vervolgens bepaalt de wet dat op het moment van overlijden de langstlevende eigenaar wordt van alle goederen van de nalatenschap onder de verplichting alle schulden van de nalatenschap voor zijn/haar rekening te nemen. De kinderen krijgen in plaats van goederen een bedrag in geld toebedeeld ter grootte van hun erfdeel, dat in principe pas opeisbaar is bij overlijden van de langstlevende. De kinderen krijgen dus niets in handen en voor de langstlevende verandert er niets aan de financiële situatie. Die blijft zoals die was tijdens het huwelijk.

Het voordeel is dat de langstlevende en de kinderen niet meer om de tafel hoeven te gaan zitten om de nalatenschap te verdelen. Kinderen kunnen ook niet hun legitieme portie opeisen zolang de langstlevende nog in leven is.

Maar helaas verloopt een mensenleven niet standaard: er kan bijvoorbeeld sprake zijn van meerdere huwelijken, echtscheidingen, verschillende typen partnerschappen en kinderen uit verschillende huwelijken. Voor deze situaties is een goed doordacht testament nodig.

De rol van de erfbelasting, het afvullegaat

Voor de meeste mensen geldt bij het maken van een testament ook: hoe voorkom ik dat er erfbelasting dient te worden betaald? Of hoe bepaal ik dat er zo weinig mogelijk erfbelasting dient te worden betaald? De langstlevende heeft in 2023 een vrijstelling van ruim €723.000 en kinderen en kleinkinderen hebben ieder een vrijstelling van bijna €23.000. Alle anderen hebben slechts een vrijstelling van €2.418.

Het betalen van erfbelasting is voor velen een ergernis. Met name als een van de ouders komt te overlijden, en een (duur) huis nalaat, kan de langstlevende ondanks zijn/haar hoge vrijstelling van meer dan €700.000 toch voor verrassingen komen te staan. Volgens de wet dient de langstlevende de erfbelasting van de kinderen voor te schieten. De kinderen krijgen immers nog niets uit de nalatenschap.

Als er alleen een huis is, dat de laatste jaren veel in waarde is gestegen, betekent dit dat de langstlevende misschien een hypothecaire geldlening moet afsluiten bij een bank. En in sommige gevallen is het niet gemakkelijk om een lening te krijgen. Dan zou toch de langstlevende het huis moeten verkopen om de erfbelasting van de kinderen te kunnen betalen. De waardestijging van onroerend goed brengt veel geld in het laadje van de fiscus, maar kan voor problemen zorgen bij een langstlevende.

In sommige gevallen is het dan raadzaam om het afvullegaat in het testament op te nemen. Door een afvullegaat in het testament kan optimaal gebruik worden gemaakt van de vrijstelling voor de erfbelasting van de langstlevende echtgenoot. Als de langstlevende echtgenoot en de kinderen allemaal voor een gelijk gedeelte tot erfgenaam zijn benoemd, krijgen de kinderen een vordering op de langstlevende die vaak hoger is dan hun vrijstelling. De langstlevende moet dan erfbelasting voorschieten voor de kinderen, terwijl de langstlevende echtgenoot een deel van zijn vrijstelling onbenut laat. Door een afvullegaat mag de langstlevende de erfdelen van de kinderen afromen en naar zichzelf toehalen, voor zover onder de vrijstelling van de langstlevende nog ‘ruimte’ is.

Een voorbeeld: de vrouw en de twee kinderen erven ieder €100.000 van de overleden man/vader. De kinderen dienen dan 10% erfbelasting te betalen over €77.000 = €7.700 per kind. Bij twee kinderen is dat €15.400.

Als u in uw testament opneemt dat de langstlevende het afvullegaat mag benutten, dan kan zij een bedrag van €154.000 naar zichzelf toehalen, en krijgen de kinderen niet meer dan €23.000, het bedrag van de vrijstelling en de langstlevende €254.000, hetgeen minder is dan haar vrijstelling. Met dit testament is geen erfbelasting verschuldigd. Een beroep doen op de legitieme portie wordt voor het gemak in dit voorbeeld achterwege gelaten.

Wel is het zo dat bij overlijden van de langstlevende meer erfbelasting verschuldigd kan zijn, tenzij er niets overblijft, bijvoorbeeld omdat de langstlevende echtgenoot elk jaar de kinderen een schenking heeft gedaan ter grootte van de vrijstelling, dit jaar €6.035.

Tweetrapsmaking

Een andere mogelijkheid om bij testament te regelen dat bij het overlijden van de eerste ouder geen erfbelasting is verschuldigd, is het maken van een tweetrapsmaking. Het erfrecht geeft de mogelijkheid vermogen eerst aan bijvoorbeeld de langstlevende te vermaken en vervolgens, wat er van dat vermogen nog overblijft als de langstlevende komt te overlijden, na te laten aan de kinderen. Deze mogelijkheid wordt ook wel tweetrapsmaking genoemd. Bij de eerste trap erft de langstlevende en bij de tweede trap de kinderen. De langstlevende wordt in het testament ‘de bezwaarde’ genoemd en de kinderen ‘verwachters. De langstlevende erft namelijk wel alles maar er is een bezwarende verplichting aan gekoppeld, namelijk wat er bij overlijden van de langstlevende nog over is van de nalatenschap afgeven aan de kinderen, die door deze constructie nog geen eigendom hebben maar slechts in afwachting zijn van een eventueel restant van de erfenis.

In het testament kan natuurlijk wel aan de (klein)kinderen een legaat worden vermaakt ter grootte van hun vrijstelling, maar pas opeisbaar bij het overlijden van de langstlevende. Een dergelijk testament is alleen interessant als de nalatenschap van de overledene niet groter is dan ongeveer de vrijstelling van de langstlevende. Is de grootte van de nalatenschap hoger, dan kan nog gekeken worden hoe in het testament bepaald kan worden dat zowel de langstlevende als de kinderen in het lage erfbelasting tarief van 10% kunnen zitten. Immers een langstlevende en een kind moet over zijn verkrijging lager dan €138.641, 10% erfbelasting betalen. Is de verkrijging meer dan dat bedrag, dan geldt het 20% tarief. Kortom: het maken van een testament kan veel denk- en rekenwerk teweegbrengen.

Het maken van een tweetrapsmaking kan ook vanwege tariefbesparing fiscaal interessant zijn. Bijvoorbeeld omdat na het overlijden van de bezwaarde (broer) de verwachters (andere broers en zusters) geacht worden rechtstreeks van de overleden ouder te erven, in plaats van de broer. Het tarief voor de erfbelasting tussen ouders en kinderen bedraagt 10-20%, een mooie besparing, want door de tweetrapsmaking wordt het hoge tarief (30-40%!) tussen broers en zusters vermeden.

Ook kan met de tweetrapsmaking worden voorkomen dat goederen van een ouder naar bijvoorbeeld de schoonfamilie of stieffamilie gaan. Kortom de tweetrapsmaking kan een interessante bepaling zijn om u verder in te verdiepen.

Echtscheiding

Een tweetrapsmaking is ook interessant in de volgende casus: een vrouw is gescheiden en heeft twee minderjarige kinderen uit het huwelijk met haar ex-man. De vrouw wil niet dat haar ex-man ooit iets uit haar nalatenschap krijgt. Zij kan dan in haar testament de tweetrapsmaking opnemen. De vrouw benoemt haar twee (minderjarige) kinderen tot haar erfgenamen onder de voorwaarde, dat als een kind zonder achterlating van nakomelingen komt te overlijden, dit kind aan het andere kind moet uitkeren wat het nog over heeft uit haar nalatenschap. Hiermee wordt voorkomen dat, als een kind na zijn moeder komt te overlijden zonder zelf kinderen achter te laten, een gedeelte van de erfenis van moeder naar de vader van de kinderen (de ex-man!) vererft. Heeft dit overleden kind zelf kinderen dan dient deze voorwaarde natuurlijk te vervallen.

De vrouw kan ook nog in haar testament bepalen dat als het kind gehuwd is of zelf een testament heeft gemaakt, deze voorwaarde (de tweede trap) dan ook vervalt.

Wanneer een testament?

Het is raadzaam een testament te maken als er sprake is van:

  • meerdere huwelijken of relaties (met kinderen)
  • stief-of pleegkinderen
  • samenwoning
  • problemen met kinderen
  • uitsluiting van schoonkinderen
  • echtscheiding
  • alleenstaande met of zonder kinderen
  • gehandicapte kinderen of familieleden
  • een bedrijf

Ook is een testament aan te raden wanneer u van de wettelijke regeling wilt afwijken, en bijvoorbeeld:

  • de wettelijke verdeling niet wil toepassen
  • de wettelijke wilsrechten van de kinderen (recht op goederen) wil uitsluiten
  • een legaat wil maken
  • een executeur wil benoemen
  • vermogen onder bewind wil stellen
  • de voogdij over uw minderjarige kinderen wil regelen
  • een tweetrapsmaking wil maken om bijvoorbeeld een (ex-)partner van een kind buiten spel te zetten;
  • de grootte van de erfdelen van de erfgenamen wil wijzigen
  • de echtgenoot als erfgenaam wil uitsluiten

Verder is het raadzaam om na te gaan of bepaalde testamentaire regelingen al dan niet fiscale voordelen kunnen opleveren, bijvoorbeeld bij opname in een verpleeghuis.

Levenstestament

Een levenstestament is niets anders dan een uitgebreide volmacht, waarin u zaken regelt voor het geval er tijdens uw leven iets gebeurt, bijvoorbeeld een ongeval of een ziekte waardoor u zelf niet meer in staat bent om uw belangen te behartigen. U kunt uw wensen opnemen over bijvoorbeeld de volgende onderwerpen:

  • uw financiën, onderneming, woning en andere onroerende zaken
  • aanwijzingen voor het verzorgen van minderjarige kinderen, maar ook huisdieren
  • schenkingen (of u deze wilt blijven doen en zo ja, onder welke voorwaarden)
  • het geven van toestemming voor het al dan niet mogen verrichten van medische handelingen en het verstrekken van medische inlichtingen en gegevens;
  • een niet-behandelverklaring, een euthanasieverklaring of een dementieverklaring

U kunt in het levenstestament vastleggen wie uw wensen moet uitvoeren en de omvang van de taak van die persoon nauwkeurig vastleggen. Het kan ook zijn dat u in bepaalde gevallen, bijvoorbeeld bij de verkoop van uw huis, meerdere personen samen wilt laten handelen, bijvoorbeeld alle kinderen in plaats van één kind. Ook kunt u voor specifieke situaties een toezichthouder aanstellen. Maakt u geen levenstestament, dan moet er doorgaans een bewindvoerder benoemd worden en moet er voor grote uitgaven toestemming van de rechter komen. Ook dient er elk jaar een rekening en verantwoording ingediend te worden bij de rechter.

Een levenstestament – het woord zegt het al – regelt de situatie tijdens leven en bestaat naast uw ‘gewone’ testament, dat pas na uw overlijden van kracht wordt en waarin u bijvoorbeeld erfgenamen en/of een executeur of een voogd benoemt. Het is raadzaam uw levenstestament door de notaris te laten opmaken. Hij bewaart de akte en registreert de akte bij het Centraal Levenstestamentenregister (CLTR). De arts kan iedere willekeurige notaris raadplegen. Deze notaris kan het register inzien en aangeven of er een levenstestament is en bij welke notaris informatie opgevraagd kan worden.