Zorgzame buurten gesitueerd
Het begrip zorgzame buurten kende de afgelopen jaren een sterke opmars in het Vlaamse zorg- en welzijnsbeleid. Dit beleidsconcept beoogt een buurt waar mensen zich geborgen voelen, waar levenskwaliteit centraal staat en personen elkaar kennen en helpen en waar diensten en voorzieningen toegankelijk en beschikbaar zijn (Vlaamse Overheid, 2021). In 2020 lanceerde de overheid een projectoproep om zorgzame buurten over heel Vlaanderen uit te rollen. 133 projecten krijgen hiervoor tot 2024 financiële steun. Ook veel andere lokale besturen en organisaties, zoals woonzorgcentra en huisartsenpraktijken, zetten zich in voor zorgzame buurten, sommige al enkele jaren (De Donder e.a., 2022).
Veel organisaties zijn volop op zoek naar handvatten om aan zorgzame buurten te werken. Buren kennen en helpen elkaar immers niet als vanzelf, zeker niet de meest kwetsbare buurtbewoners (Heylen & Gryp, 2020). Maar ook professionele zorg- en welzijnsvoorzieningen bereiken niet iedereen. Verbindende professionals zijn hiervoor onontbeerlijk (Gryp e.a., 2022). Ook voor deze professionals is werken aan zorgzame buurten echter vaak nog een zoektocht. In dit artikel gaan we in op hoe een goede buurtanalyse hiertoe kan bijdragen, met specifiek oog voor de doelgroep van ouderen. Ook schetsen we wat verbindend samenwerken in zorgzame buurten juist kan betekenen.
De buurtanalyse als opstap naar het (samen)werken aan zorgzame buurten
Werken aan zorgzame buurten vraagt om een grondige analyse van de buurt vanuit verschillende perspectieven. Bij professionals ontbreken echter vaak de vaardigheden en methodieken om dit te doen. Om hen te ondersteunen bij het uitvoeren van deze buurtanalyse ontwikkelden we een ondersteuningspakket. Dit omvat een laagdrempelige handleiding met verschillende stappen om een gedragen buurtanalyse te maken die we onderstaand kort schetsen (Heylen e.a., 2021).
Breng de buurt in kaart
Vooreerst is het belangrijk om het geografisch werkterrein letterlijk in kaart te brengen. ‘De’ buurt bestaat immers niet. Afhankelijk van de lokale context kan dit sterk verschillen. Soms kan dit een dorp zijn, dan weer een wijk of stratenblok in de stad. Belangrijk ook is om hierbij oog te hebben voor die plaatsen die niet vallen onder wat vaak impliciet als een buurt gezien wordt, zoals bijvoorbeeld lintbebouwing of meer verspreide bebouwing.
Wie en wat leeft er in de buurt?
Vervolgens is het belangrijk om te weten wie er in de buurt leeft. Dit vraagt om een kwantitatieve analyse: welke doelgroepen wonen er in de buurt? Wonen er mogelijk mensen in kwetsbare omstandigheden, zoals personen in armoede of alleenwonende ouderen?
Daarnaast is de ruimtelijke omgeving van belang. Hoe een buurt wordt ervaren en beleefd, hang mede af van de fysieke kenmerken van de buurt, zoals de aan- of afwezigheid van basisvoorzieningen, groen, openbaar vervoer, ontmoetingsplekken en toegankelijkheid. De professional kan dit in kaart brengen aan de hand van plattegronden, maar ook op een interactieve manier. Denk bijvoorbeeld aan een wandeling van de professional samen met de buurtbewoners door de buurt waarbij de bewoners vertellen hoe ze de buurt ervaren.
Naast deze stappen is er ook kennis nodig over wat er leeft in de buurt: waar ervaren buurtbewoners en actoren noden of kansen? Dit betekent de verhalen van de buurt capteren. Dit kan het best op verschillende manieren en op maat van de verschillende doelgroepen: van een gesprekstafel met vrijwilligers tot één op één gesprekken met meer kwetsbare buurtbewoners. Op deze manier wordt er een participatief proces opgezet met en voor de buurt (Heylen e.a., 2021).
De buurtanalyse als werkinstrument
Voor elk van deze invalshoeken, worden in het ondersteuningspakket tools en methoden aangereikt. Daarbij gaat het om heel praktische tools zoals links naar relevante cijfers in openbare databanken en methodes die inzetten op maximale participatie van burgers en actoren die werkzaam zijn in de buurt. Uitgangspunt is steeds dat de analyse geen instrument is dat je op een bepaald moment inzet, maar iets dat je voortdurend meeneemt in je proces en je op weg helpt om acties te ondernemen die ertoe doen.
De ouderen in de buurt in beeld
Zorgzame buurten richten zich op iedereen in de buurt, zowel jong als oud. Specifiek voor ouderen kunnen zorgzame buurten op diverse manieren betekenisvol zijn (Heylen & Gryp, 2020). De vergrijzing brengt immers uitdagingen met zich mee voor buurten in Vlaanderen: het aandeel ouderen met een zorg- of ondersteuningsnood in vele buurten neemt toe, maar ook is het de vraag of elke buurt geschikt is voor een goede oude dag (Volckaert, 2022). Is het bijvoorbeeld een buurt met winkels in de nabijheid en toegankelijke voorzieningen of woont de oudere afgelegen in een verouderde woning? Zijn er laagdrempelige ontmoetingsplaatsen in de buurt (Heylen e.a., 2021)?
Belangrijk in de analyse is dat ouderen niet alleen als doelgroep bekeken worden, maar ook als belangrijke actoren die samen mede de buurt maken. Een zorgzame buurt vertrekt immers niet alleen vanuit noden en vragen, maar ook vanuit krachten en inclusieve rollen. Ouderen kunnen op verschillende manieren een actor zijn in zorgzame buurten: bijvoorbeeld als vrijwilliger, als een buur die andere buren helpt of als organisator van activiteiten in de buurt. Hier op inzetten maakt dat ouderen zich goed en verbonden voelen in hun buurt waardoor er kansen liggen om ageism tegen te gaan (Heylen & Gryp, 2020).
Hoe (samen)werken aan zorgzame buurten?
Het is niet enkel belangrijk om te begrijpen wie en wat er leeft in de buurten. Het werken aan een zorgzame buurt vraagt ook een nieuwe manier van (samen)werken (De Donder e.a., 2022). In verschillende workshops gingen we met professionals uit de praktijk aan de slag met verschillende thema’s uit het ondersteuningspakket. Daarnaast evalueerden we verschillende praktijken rond zorgzame buurten (Gryp e.a., 2022). Op die manier verzamelden we handvatten die professionals kunnen helpen om verbindend (samen) te werken en zich deze nieuwe manier van werken eigen te maken.
Intervisie werkt
Uit de workshops leren we dat intervisie tussen alle actoren die werken aan zorgzame buurten ondersteunend werkt. Professionals van onder meer lokale besturen, voorzieningen voor mensen met een beperking en lokale dienstencentra geven aan dat het belangrijk is om niet telkens het warm water te moeten uitvinden; een methodiek die de ene organisatie gebruikt om de buurt te betrekken kan inspiratie geven voor een andere. Daar waar professionals die aan zorgzame buurten werken elkaar ontmoeten, ontstaan leerrijke uitwisselingen.
In dialoog naar een gedeelde visie
Het werken aan een gedeelde visie onder de betrokken stakeholders op wat een zorgzame buurt kan betekenen in een wijk, buurt, dorp of gemeente is cruciaal. Hiervoor is voortdurende dialoog in het team binnen de organisatie en met geëngageerde actoren nodig. Die visie staat er niet op één-twee-drie, maar krijgt juist inhoud door er samen, vaak al doende en in continue uitwisseling, handen en voeten aan te geven (Gryp e.a., 2022).
Participatief werken met en voor de buurt
Samenwerken kan op verschillende manieren vorm krijgen. Het aangaan van een weloverwogen, participatief traject met buurtbewoners, stakeholders en professionals is cruciaal. Daarbij moet heel breed gedacht worden: mantelzorgers, vrijwilligers, burgerinitiatieven, lokale handelaars, mensen die bezig zijn met ruimtelijke ordening, sociaalculturele organisaties, jeugdbewegingen et cetera. Hierbij gaat het niet zomaar over de mening bevragen en de noden in kaart brengen. Het gaat verder. Het is het actief betrekken van de buurt in elke stap: waar willen we naar toe met deze buurt? Welke acties zijn prioritair? Wie is daarbij nodig en wie kan welke rol opnemen? Hoe zorgen we ervoor dat wat we doen ook duurzaam is? Belangrijk hierbij is om specifieke aandacht te hebben voor het bereiken van doelgroepen wier stem minder gehoord wordt, zoals zorgbehoevende ouderen, mantelzorgers of personen met een migratieachtergrond. Dit kan bijvoorbeeld door deur aan deur gesprekken georganiseerd door professionals of opgeleide vrijwilligers. Maar ook meer creatieve methoden gekoppeld aan een ontmoetingsactiviteit, een buurtfeest of een activiteit van de plaatselijke school, kunnen een gelegenheid zijn om met mensen in gesprek te gaan.
Een team van professionals
Een andere manier van samenwerken in zorgzame buurtpraktijken is het werken vanuit een tandem- of idealiter teamwerking van professionals. Hierbij werken (minstens) een beleidsprofessional en een buurtprofessional samen. De beleidsprofessional kan zich vooral toespitsen op het afstemmen en samenwerken met beleidsactoren zoals beleidsmedewerkers, lokale mandatarissen en ouderenadviesraden. De buurtprofessional zet vooral in op contact met de buurt, door de buurtbewoners te betrekken en eigenaarschap bij de buurt te initiëren. Onderzoek toont immers aan dat structureel werken aan zorgzame buurten om beide complementaire profielen vraagt die elk ook voldoende tijd hebben om hieraan te werken. Beide zijn nodig: een structureel beleid rond zorgzame buurten in de organisatie alsook het effectief werken in en met de buurt (Gryp e.a., 2022).
Naar een duurzame cyclische manier van werken
Op een goede manier werken aan zorgzame buurten overstijgt het projectmatige, tijdelijke karakter. Werken aan zorgzame buurten is een duurzaam cyclisch proces waarbij praktijk en het gevoerde beleid rond zorgzame buurten elkaar wederzijds voeden. Dit wil zeggen dat suggesties en ideeën vanuit de praktijk snel opgepikt worden door het beleid en vice versa. Door deze manieren van werken, cyclisch en participatief, gaan zorgzame buurten voorbij aan zowel een bottom-up als top-down benadering (Gryp e.a., 2022).
Zorgzame buurten: een verbindend proces
Praktijkonderzoek leert dat werken aan zorgzame buurten een proces op maat van de buurt is, samen met de diverse actoren. Het is een ‘én-én’ verhaal. Een verhaal van samenwerken tussen de buurtactoren en de professionals, tussen data uit een analyse en ervaringen van de buurtbewoners en tussen beleid en praktijk over diverse domeinen heen.
Zorgzame buurten kunnen ook niet zonder verbindende professionals en organisaties. Zorgzame buurten komen er immers niet vanzelf: structureel en op lange termijn (samen)werken op verschillende fronten is noodzakelijk. Enkel op die manier kunnen zorgzame buurten een participatieve werkwijze worden, duurzaam ingebed in organisaties, voor en met ouderen.
Voor dit samenwerken zijn er handvatten nodig voor de professionals die werken aan zorgzame buurten. Het ondersteuningspakket, met zijn verschillende stappen, biedt hier al een aanzet toe. Daarnaast zien we dat participatie van kwetsbare doelgroepen en verbindend samenwerken nog een groeiproces is dat vraagt om experimenteren en leren. Dit is een dynamisch proces waarbij stappen vooruit en soms teruggezet worden. Dit voortdurend zoeken en samen leren is op zich verbindend en geeft zuurstof aan de trekkers van zorgzame buurten. Het biedt kansen om creatief en vernieuwend aan de slag te gaan.