24 Weergaven
0 Downloads
Lees verder
Een ontmoeting tussen generaties roept vaak beelden op van gezellig kletsen, een kaartspelletje of samen koffie drinken. Het project Oud ontmoet Jong in de gemeente Beek liet zien dat er nog veel meer mogelijk is. Het bracht studenten van de Kunstacademie Maastricht en thuiswonende ouderen bij elkaar voor een uitwisseling die verder en dieper ging dan het alledaagse praatje.

Van idee tot uitvoering: het proces

Het idee voor Oud ontmoet Jong is ontstaan binnen de Werkplaats Ondersteuning Thuiswonende Ouderen Limburg, een initiatief van Zuyd Hogeschool en partners waarin diverse projecten worden gedaan gericht op de ondersteuning van thuiswonende ouderen. Het project kende een zorgvuldig opgebouwd proces. Studenten stuurden vooraf een persoonlijke kaart of brief aan een oudere deelnemer, als zachte opening van het contact.
Tijdens de eerste ontmoeting namen beide partijen een object mee met persoonlijke betekenis, zoals een erfstuk, gebruiksvoorwerp of kunstwerk (zie figuur 1 en 2). Juist deze tastbare ankers hielpen om verhalen los te maken en zorgden ervoor dat het gesprek niet bleef hangen in algemeenheden (Sínez, 2021).

Figuur 1. Meegenomen objecten
Fotografie: Thijs van Dijk, Marjolein van Veen, Fleur Peeters

Een week later volgde een tweede bijeenkomst. Studenten presenteerden een creatie geïnspireerd door het gesprek. Ook ouderen kregen de uitnodiging om iets terug te doen, bijvoorbeeld in de vorm van een gedicht, foto of ander object. Deze uitwisseling gaf de ontmoetingen een wederkerig en tastbaar karakter. Het geheel werd afgerond met een gezamenlijke sessie waarin de creaties werden gedeeld en besproken, vaak met ontroerende reacties aan beide kanten.

Het project is geëvalueerd via korte interviews en reflectievragen na afloop van de bijeenkomsten. Ouderen gaven hierin aan zich gehoord, gewaardeerd en geïnspireerd te voelen, terwijl studenten benadrukten hoeveel zij leerden van de veerkracht en levenservaring van hun gesprekspartners. Deze reacties zijn systematisch verzameld en vormden een belangrijke basis voor de reflecties en lessen die we in dit artikel delen.

Ouderen als kennisdragers en rolmodellen

De kracht van dit project ligt in de rol die ouderen vervulden: niet als hulpbehoevenden, maar als kennisdragers en rolmodellen. Hun verhalen boden jongeren perspectief op thema’s die groter zijn dan de waan van de dag. Zo vertelde een 89-jarige vrouw hoe ze als kind tijdens de oorlog een voetbal maakte van oude fietsbanden en natte kranten. Een student reflecteerde na afloop: “Het laat zien dat je niet veel nodig hebt om gelukkig te zijn. Tegenwoordig hebben we alles, maar toch lijkt het nooit genoeg. Dit gesprek heeft me wakker geschud.”

Hier zien we hoe ouderen een rol van betekenis kunnen vervullen die verder reikt dan hun eigen generatie. Erikson (1997) noemde dit generativiteit: de wens om bij te dragen aan het welzijn van volgende generaties. Ouderen traden in Beek letterlijk op als ‘levende boeken’, als ervaringsdeskundigen die via hun verhalen richting gaven aan jongeren. Een ander voorbeeld betrof een oudere heer die zijn Indonesische roots deelde. Toevallig werd hij gekoppeld aan een studente van wie de voorouders eveneens uit Java kwamen. Voor haar bracht het gesprek onverwacht een stukje familiegeschiedenis tot leven. De oudere vertelde achteraf dat het hem goed deed hierover te mogen spreken. Het gesprek werd een vorm van erkenning en doorgeven van cultuur en herinnering. Ouderen werden actieve kennisdragers. Het project maakte duidelijk dat ouderen ook een bron van kracht, inspiratie en zingeving zijn.

Wederkerigheid en creativiteit als sleutel

Een belangrijk uitgangspunt van het project was wederkerigheid: beide generaties brengen iets in en ontvangen vervolgens iets terug, iets wat ouderen eerder hadden aangegeven belangrijk te vinden in relaties (Rudnick, 2024). Niet alleen ouderen deelden hun levenservaring, ook jongeren boden iets waardevols. De studenten verwerkten de verhalen van hun gesprekspartners in kunstwerken. Van schilderijen en collages tot gedichten en foto’s: de creaties werden tijdens de tweede bijeenkomst gedeeld en besproken (zie figuur 3).

Sommige ouderen maakten zelf ook een creatie, geïnspireerd door het gesprek. Een oudere vrouw vertelde hoe haar inmiddels overleden partner altijd veldboeketten plukte onderweg naar huis. Een student maakte er een schilderij van. Toen de oudere het werk zag, zei ze: “Dit spreekt voor zich. Het is alsof ik mijn man weer even terugzie.”

Figuur 2. Enkele kunstwerken

De reacties waren vaak ontroerend en benadrukten hoe betekenisvol deze creatieve wederkerigheid voor beide generaties kan zijn. Het zorgt voor een gevoel van gelijkwaardigheid. Een studente vertelde bijvoorbeeld dat zij door het gesprek met een oudere man, die sprak over het verlies van zijn partner en de manier waarop hij zijn leven opnieuw vormgaf, anders naar haar eigen relaties en toekomst is gaan kijken. Ze gaf aan dat dit haar bewust maakte van de waarde van kwetsbaarheid en veerkracht, lessen die ze niet uit een studieboek had kunnen halen. Voor haar voelde het gesprek als een onverwachte ‘levensles’, die net zo betekenisvol was als het kunstwerk dat zij aan de oudere terug schonk. Niet de oudere of de jongere stond centraal, maar de ontmoeting zelf. Zoals een student het formuleerde: “Ik kreeg een levensles en ik mocht iets teruggeven in de vorm van kunst.”

Verhalen als brug tussen generaties

Wat was de sleutel voor deze verbinding? Een persoonlijk object zoals een ring, een schilderij, een lamp of zelfs een simpele koffiekop als startpunt voor gesprek (Sínez, 2021). Deze tastbare ankers bleken krachtige dragers van herinneringen en emoties. Ze maakten het makkelijker om persoonlijke verhalen te delen en nieuwsgierigheid te wekken. Ze bleken krachtige dragers van herinneringen en emoties. Ze maakten het makkelijk om persoonlijke verhalen te delen en nieuwsgierigheid te wekken.

Figuur 3. Ontmoetingen

Waar studenten vooraf soms nerveus waren “wat als er geen klik is?” en ouderen zich afvroegen of jongeren wel echt geïnteresseerd zouden zijn, verdwenen de twijfels een vooroordelen snel. Binnen een uur zat men samen te lachen, te mijmeren of stil te worden bij verhalen over verlies, oorlog, familiegeschiedenis en dromen voor de toekomst.

Een deelnemende student vertelde: “Ik was bang dat het gesprek stil zou vallen. Maar mevrouw vertelde zoveel bijzondere verhalen, vooral over de oorlog, dat ik me betrapte op het feit dat ik nauwelijks zelf nog iets zei. Ik wilde alleen maar luisteren.”

De gesprekken maakten duidelijk dat zorgen, dromen en herinneringen generatiegrenzen overstijgen. Zo vertelden veel ouderen verhalen over bijvoorbeeld de Tweede Wereldoorlog of hun jeugd in tijden van schaarste. Studenten koppelden deze verhalen aan zorgen over oorlogen of een gevoel van onveiligheid nu, wat leidde tot gesprekken over vrijheid, angst en veerkracht (Dezutter & Dewitte, 2021). Andere ontmoetingen draaiden om familiebanden: voorwerpen zoals sieraden, foto’s of erfstukken riepen herinneringen op aan grootouders, ouders of overleden dierbaren en boden soms een onverwachte brug tussen generaties met gedeelde roots. Ondanks het leeftijdsverschil vonden studenten en ouderen elkaar bovendien in hun liefde voor creativiteit. Haken, schilderen of vormgeven bleken universele manieren om zichzelf uit te drukken, waardoor herkenning en verbinding ontstond. Ook de toekomst kwam hier en daar ter sprake. Studenten vroegen ouderen naar hun leven na het pensioen, waarop ouderen reflecteerden op gemaakte keuzes en levenslessen. Deze verhalen maakten jongeren bewust van hun eigen zoektocht naar richting.

Door al deze thema’s heen werden stereotypes bevraagd en doorbroken. Zoals een oudere deelnemer het treffend uitdrukte: “Ik dacht dat jongeren alleen maar op hun telefoons zaten, maar ik heb nu hele andere kanten gezien.” Studenten ontdekten op hun beurt dat ouderen meer zijn dan ‘oud’: mensen vol verhalen, humor, veerkracht en levenswijsheid.

Uitdagingen en leerpunten

Niet elke ontmoeting verliep vanzelfsprekend soepel. Soms was de onderlinge communicatie lastig door dementie of taalgebruik, of moest een gesprekspartner afhaken door ziekte of problemen met het vervoer. Studenten vonden het soms moeilijk als een gesprek confronterend was of emoties losmaakte. Ook het meenemen van een object bleek voor sommigen een drempel. Een aantal ouderen vond het lastig om in te schatten wat hiervoor geschikt was. Daarom hielpen vrijwilligers en onderzoekers mee door voorbeelden te geven of alternatieve objecten aan te bieden. Daarnaast werd duidelijk dat organisatie en logistiek cruciaal zijn. Ouderen hebben vaak verschillende ritmes en praktische beperkingen. Daarom werden de ontmoetingen op drie locaties georganiseerd en op verschillende tijdstippen, met gratis koffie en vlaai, om de toegankelijkheid te vergroten. Toch bleken flexibiliteit en openheid de sleutel. Spontane ontmoetingen, zoals een potje schaken na afloop, leverden vaak net zo veel op als de geplande en vooraf gestructureerde gesprekken.

Waarom dit maatschappelijk ertoe doet

Het project laat zien dat intergenerationele ontmoeting veel meer is dan een gezellige activiteit; het raakt aan bredere maatschappelijke vraagstukken. Voor ouderen betekende deelname in de eerste plaats gezien en gewaardeerd te worden, wat een belangrijke bijdrage kan leveren aan het tegengaan van gevoelens van eenzaamheid. Daarnaast hielpen de gesprekken en creatieve uitwisselingen om negatieve beelden over ouder worden te doorbreken. Waar ouderdom vaak wordt geassocieerd met afhankelijkheid of achteruitgang, maakten de ontmoetingen duidelijk dat ouderen juist beschikken over kracht, ervaring en inspiratie. Het doorbreken van dit seniorisme is van groot belang, omdat stereotype beeldvorming diep kan doordringen en zelfs het welzijn van ouderen kan ondermijnen (Levy, 2009 in Machielse & Van der Vaart, 2023). In het project wordt tegenwicht geboden aan seniorisme en de negatieve beeldvorming over ouderen als afhankelijk, passief of niet meer relevant (Machielse & Van der Vaart, 2023).

De gesprekken boden bovendien een bron van zingeving en participatie. Ouderen ervaarden dat zij nog steeds een betekenisvolle rol kunnen spelen, ook buiten hun directe familiekring, door verhalen en ervaringen te delen die jongeren raken en inspireren (Schürmann, 2021).

Tegelijkertijd had het project een duidelijke educatieve waarde. Studenten leerden niet alleen over kunst en creatieve processen, maar ook over menselijkheid, kwetsbaarheid en veerkracht in het leven van oudere generaties. De gesprekken, herinneringen en gedeelde creativiteit bleken meer dan enkel persoonlijke uitwisselingen: ze fungeerden als bouwstenen van sociaal kapitaal. Verhalen werkten als brug, als gedeelde grond waarop wederzijds begrip kon ontstaan, over generaties, achtergronden en levenservaringen heen. Niet als luxe of creatieve uitspatting, maar als een essentiële manier om betekenis te geven, om elkaar te zien, en om verschil te overbruggen.

Daarmee sluit het initiatief naadloos aan bij bredere oproepen om ouderen niet louter te benaderen als zorgvragers, maar als actieve kennisdragers en rolmodellen die een waardevolle bijdrage leveren aan de samenleving (Biewinga, 2025). Tegelijkertijd nodigen we jongeren uit tot luisteren, reflecteren en het mee vormgeven aan een meer zorgzame en inclusieve samenleving.

Lessen voor praktijk en beleid

Wat begon als een kleinschalig initiatief in Beek, geeft belangrijke lessen voor de toekomst:

  1. Laagdrempeligheid werkt: Gratis deelname, koffie met vlaai, en ontmoetingen op bekende locaties verlagen de drempel voor ouderen.
  2. Voorbereiding loont: Zowel ouderen als studenten hadden baat bij uitleg, oefening en steun vooraf.
  3. Wederkerigheid is cruciaal: Alleen als beide generaties iets inbrengen, ontstaat gelijkwaardigheid.
  4. Creativiteit verbindt: Kunst en objecten fungeren als brug tussen generaties en culturen.
  5. Structurelere inbedding is nodig: Eenmalige ontmoetingen zijn waardevol, maar juist een opvolging voor en na de activiteiten biedt diepgang en versterkt de connectie tussen de verschillende generaties.

Niet zomaar een ontmoeting: Wat dit project anders maakt

Oud ontmoet Jong reikt verder dan de ontmoeting tussen twee mensen. Deze praktijken tonen hoe kunst kan bijdragen aan het herstellen van sociale weefsels in een samenleving die steeds meer wordt getekend door individualisering. Juist in een tijd van versnelling en versplintering tonen dit soort ontmoetingen een alternatief: zorgzamer, trager, gericht op relaties en geworteld in lokale verhalen. Bij uitstek in het intergenerationele contact als een bijzondere kracht. Een student verwoordde het treffend na afloop: “Verhalen delen om mee te nemen.”

Ouderen en jongeren kregen erkenning voor hun levenservaringen en ontdekten inspiratie en perspectief. Het liet zien hoe waardevol het is om ouderen niet alleen als zorgvragers te zien, maar als kennisdragers en rolmodellen. En hoe belangrijk het is om elkaar te blijven ontmoeten in openheid, creativiteit en wederkerigheid.

De uitdaging voor beleid en praktijk is om dergelijke projecten niet te zien als incidentele experimenten, maar als bouwstenen van een samenleving waarin wederkerigheid, erkenning en zingeving centraal staan (Movisie, 2021).

Kijk hier voor een indruk van deze ontmoetingen: https://zuyd.mediasite.com/Mediasite/Play/c1c673013f7442e3b3188fa7715dffe31d

Literatuurlijst

  1. Biewinga, S. H. (2025). Ouder worden als ervaring: Een dialogisch onderzoek naar waarheid en betekenis van ouder worden in de 21e eeuw. Amsterdam: Boom.
  2. Dezutter, J., & Dewitte, L. (2021). Een leven vol betekenis: Over zinbeleving op hoge leeftijd. Gerōn, 23(4).
  3. Erikson, E. H. (1997). The life cycle completed. New York: W.W. Norton & Co.
  4. Machielse, A., & Van der Vaart, W. (2023). SEE Me – ZIE de persoon achter de zorgbehoevende oudere. Gerōn, 25(3), 1–4.
  5. Movisie. (2021, 16 november). Betekenisvol contact tussen jong en oud. Geraadpleegd op 4 mei 2025 via https://www.movisie.nl/artikel/betekenisvol-contact-tussen-jong-en-oud
  6. Rudnick, A. (2024). Goed ouder worden: wat houdt dit in? Ervaringen van ouderen in de gemeente Meerssen. Werkplaats Ondersteuning Thuiswonende Ouderen (WOTO).
  7. Sínez, F. (2021). Ethnographic experiments with artists, designers and boundary objects: Exhibitions as a research method. UCL Press.
  8. Schürmann, G. (2021). Zingeving in het ouderenbeleid van de overheid. Gerōn, 23(4).