Gezondheid bij ouderen met lage sociaaleconomische status
De gezondheid van ouderen met een lage SES heeft de aandacht van gezondheidsprofessionals en beleidsmakers. Dat komt doordat de SES, die bepaald wordt aan de hand van opleidingsniveau, inkomen en beroep, een factor is die van grote negatieve invloed is op de gezondheid (World Health Organization, 2018). Volwassenen met een lagere SES hebben meer kans om stressvolle levensgebeurtenissen te ervaren, vertonen meer psychische problemen, hebben een groter risico op ziekten en geriatrische kwetsbaarheid, minder toegang tot zorgvoorzieningen en een groter risico op gezondheidsschadelijk gedrag, zoals roken (Loef & Walach, 2012). Het belang van onderzoek en gezondheidsinterventies die aansluiten bij de behoeften van ouderen met een lage SES is groot, maar daarbij zijn diverse uitdagingen te overwinnen.
Foto-elicitatie heeft voordelen
Naast het lastig kunnen bereiken van groepen met een lage SES en de lagere bereidheid om deel te nemen vanwege fysieke of mentale problemen, vormen laaggeletterdheid en cognitieve achteruitgang bij ouderen met een lage SES een belemmering voor onderzoek in deze groepen. In veel wetenschappelijk onderzoek worden methoden gebruikt (bijvoorbeeld vragenlijsten) die relatief veel cognitieve vaardigheden vereisen en daarmee minder goed bij de doelgroep aansluiten.Om die reden winnen onderzoeksmethoden waarvoor geen hoge geletterdheid nodig is, zoals het gebruik van visuele hulpmiddelen (bijvoorbeeld: foto’s, video’s, tekeningen) aan populariteit. Deze visuele hulpmiddelen bieden verschillende voordelen, waaronder de mogelijkheid om abstracte onderwerpen bespreekbaar te maken (bijvoorbeeld gezondheidservaringen), het maakt communicatie tussen interviewer en deelnemer makkelijker en het geeft inzicht in reflecties en associaties van deelnemers (Bates e.a., 2017).
Focus op percepties van ‘positieve gezondheid’
In 1984 definieerde de World Health Organization (WHO) gezondheid als een ‘toestand van volledig fysiek, mentaal en sociaal welbevinden en niet puur het ontbreken van ziekte of gebrek’, maar weinig mensen bevinden zich in die toestand. In de definitie van de WHO ontbreekt de dynamiek en het vermogen om te adapteren en dat is de reden waarom Machteld Huber een nieuwe definitie heeft voorgesteld: ‘gezondheid is het vermogen je aan te passen en je eigen regie te voeren in het licht van de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen van het leven.’
Het doel van ons onderzoek was om meer inzicht te krijgen in de positieve gezondheidsperceptie van ouderen met een lagere SES door middel van foto-elicitatie interviews. Onze foto-elicitatie studie naar positieve gezondheidspercepties kan opgedeeld worden in drie fasen.
Fase 1: In de eerste fase werd het foto-elicitatie onderzoek ontwikkeld. Deze fase bestond uit het verzamelen van de foto’s door de interviewer en het opstellen van het interview (de topic-lijst). Aan de hand van de definitie van positieve gezondheid werden de foto’s uitgezocht in het domein van fysieke, sociale en mentale gezondheid. Bij de selectie van de foto’s moest de persoon op de foto een oudere zijn en de foto moest een gezonde en/of ongezonde situatie laten zien binnen het domein van fysieke, sociale of mentale gezondheid (zie Kader).
Fase 2: In de tweede fase werden de bruikbaarheid van de foto’s en het interview getest met behulp van focusgroepen en twee test-interviews. Deze focusgroepen en test-interviews werden uitgevoerd met deelnemers van de doelgroep (ouderen boven de 60 jaar oud met een lage SES).
Fase 3: In de derde fase werd de studie daadwerkelijk uitgevoerd.
Voor fysieke gezondheid hebben we foto’s geselecteerd van ouderen met lichamelijke beperkingen, bewegingslessen voor ouderen, sportactiviteiten van ouderen of het gebruik van medicijnen. Voor sociale gezondheid verzamelden we foto’s van ouderen in interactie met kinderen, kleinkinderen, partners en andere ouderen. Voor mentale gezondheid verzamelden we foto’s die we associeerden met emoties zoals verdriet, frustratie, eenzaamheid, geluk en vreugde. Daarnaast gebruikten we een foto om de rol van de omgeving (community) en de rol van geld in relatie tot gezondheid bespreekbaar te maken. In lijn met de definitie van positieve gezondheid gebruikten we een foto waarmee we konden uitvragen in hoeverre deelnemers eigen regie hadden over hun gezondheid. Voorbeelden van vragen uit de topiclijst van het interview zijn “kunt u mij wat vertellen over deze foto?” en “heeft de situatie op de foto voor u iets met gezondheid te maken?”.
Werving van deelnemers
Deelnemers zijn geworven aan de hand van een combinatie van strategieën zoals het benaderen van activiteitencentra voor ouderen in lage SES-wijken en ‘sneeuwbalbemonstering’, waarbij na afloop van het interview de deelnemer werd gevraagd of iemand in zijn of haar netwerk ook nog interesse in deelname zou kunnen hebben. De deelnemers moesten minimaal 60 jaar oud zijn. Het opleidingsniveau en de financiële situatie werden, door de gevoeligheid van het onderwerp, tijdens het interview besproken aan de hand van de foto met het geld. In totaal zijn er 19 deelnemers wonend in lage SES-wijken geïnterviewd die over hun percepties, ervaringen en overtuigingen spraken met betrekking tot positieve gezondheid.
Culturele, financiële en gezondheidsachtergrond zijn van belang
De resultaten lieten zien dat de perceptie van gezondheid bij ouderen met een lagere SES afhankelijk was van de achtergrond van de deelnemers, gestuurd werd door eerdere gezondheidservaringen en vooral was gericht op de negatieve aspecten en barrières van de lichamelijke en mentale gezondheid. De achtergrond van de deelnemers beïnvloedde de gezondheidsperceptie bijvoorbeeld door de culturele achtergrond van de deelnemer maar ook door de financiële achtergrond van de deelnemer. Deelnemers die meer moeite hadden met rondkomen gaven aan dat je met meer financiële middelen betere gezondheidszorg kon ‘kopen’. De eerdere gezondheidservaringen van de deelnemer zelf of van het netwerk van de deelnemer beïnvloedde ook perceptie van gezondheid. Deelnemers met bijvoorbeeld iemand met dementie in het netwerk gebruikten dit als referentiekader tijdens het bespreken van de betekenis van gezondheid. Deelnemers noemden sociale contacten als een belangrijk onderdeel van hun welbevinden, maar de meeste deelnemers legden geen verband tussen sociale contacten en gezondheid. “Het geeft mij veel plezier om activiteiten te ondernemen met mijn kleinkinderen, dat maakt mij echt blij”- Deelnemer, 81 jaar oud.
Het bewustzijn van de eigen invloed van de deelnemers op hun gezondheid was beperkt, zo gaven veel deelnemers aan dat ziek worden ‘pech’ is en dat er weinig aan je gezondheid te doen is. Toch toonden de deelnemers allemaal automatische zelfmanagementvaardigheden (zoals het nemen van initiatief) op het gebied van hun eigen gezondheid. Met andere woorden: deelnemers benoemden weinig invloed op gezondheid te kunnen uitoefenen, maar deden dit wel. Zo waren er bijvoorbeeld ouderen die actief op zoek gingen naar sociale contacten om niet eenzaam te worden of die zich aansloten bij sportclubs om de fysieke gezondheid te ondersteunen. Eén deelnemer (66 jaar oud) was zich wel bewust van de invloed die zij kon hebben op haar gezondheid en verwoordde dit als volgt: “Ik probeer wel controle te hebben op mijn eenzaamheid, ik ben lid van het ouderenbestuur en ik ga naar de kerstmarkt met het bestuur, ik probeer onder de mensen te blijven”.
Foto-elicitatie: plezierig, maar soms ook lastig
Aan het eind van het interview werd de deelnemers gevraagd wat ze van deze onderzoeksmethode vonden. Alle deelnemers omschreven het gebruik van foto’s als een plezierige, interessante en aangename ervaring. Ook gaven ze aan dat door het gebruiken van foto’s ze makkelijker konden praten over gezondheid. Sommige deelnemers hadden het idee dat ze anders en vooral meer zijn gaan nadenken over gezondheid door deelname aan het interview, al gaven ze niet specifiek aan hoe. Deelnemer, 81 jaar oud: “Ik heb het idee dat ik iets meeneem van deze ervaring.” Foto-elicitatie is daarom wellicht geschikter als middel om deze doelgroep (ouderen met een lage SES) te interviewen in vergelijking met meer klassieke mondelinge of schriftelijke onderzoeksmethodieken. Ondanks het zorgvuldig testen van onze foto’s, de opzet van het interview en een opdracht met het roer van een schip, begrepen sommige deelnemers de opdracht niet goed. Wij merkten dat sommige deelnemers niet zeker waren van hun antwoorden tijdens het interview. Zij vroegen bijvoorbeeld een aantal keer tijdens het interview of ze het juiste antwoord hadden gegeven. Deelnemer, 83 jaar: “Heb ik het goede antwoord gegeven? Dat je actief moet blijven.” Dit zou verklaard kunnen worden door de lage SES van de deelnemers, en daardoor het lage begrip van de methode, en ook door het graag willen geven van sociaal wenselijke antwoorden.
Geleerde lessen en aanbevelingen
Op basis van onze ervaringen in dit foto-elicitatie onderzoek bij ouderen met een lage SES hebben wij drie aanbevelingen geformuleerd voor vervolgonderzoek:
- Werk tijdens het hele onderzoeksproces nauw samen met leden van de doelgroep. Dit vergroot de kans op het gebruik van visuele hulpmiddelen die goed aansluiten bij hun ervaringen, belevingen en realiteit.
- Twijfels over de geschiktheid van foto’s of opdrachten voor de doelgroep vragen om aanvullende toetsing.
Neem de tijd om alle foto’s en mogelijke opdrachten grondig te testen, met aanvullende testsinterviews bij twijfel, alvorens aan de daadwerkelijke uitvoering van het onderzoek te beginnen. - Zoek de juiste balans tussen het goed informeren van de deelnemers en het voorkómen van het sturen van de antwoorden.
Deelnemers moeten uiteraard goed geïnformeerd worden over het doel en het proces van het onderzoek, maar het is belangrijk om de deelnemers zo min mogelijk te beïnvloeden over hoe zij over de foto’s denken. Voorbeelden noemen over het onderwerp kan wel, maar alleen om duidelijk te maken waar het onderzoek over gaat. Voor de rest moeten deelnemers vooral gestimuleerd worden om autonoom over de foto’s na te denken. Het noemen van voorbeelden moet dus altijd met in achtneming van het mogelijk beïnvloeden van de deelnemer.
Een geschikte methode
Dit onderzoek laat zien dat de perceptie van gezondheid bij ouderen met een lage SES afhankelijk was van de achtergrond (o.a. financiële situatie en ervaring met ziekte) van de deelnemers, gestuurd werd door eerdere gezondheidservaringen en vooral was gericht op de negatieve aspecten en barrières van de lichamelijke en mentale gezondheid. Deelnemers noemden sociale contacten als een belangrijk onderdeel van hun welbevinden maar de meeste deelnemers legden geen verband tussen sociale contacten en gezondheid. Ondanks de perceptie weinig controle over de eigen gezondheid te hebben, lieten deelnemers wel automatische zelfmanagementvaardigheden zien. De inzichten van dit onderzoek laten zien dat ouderen zich op dit moment nog te weinig bewust zijn van de mogelijkheden om zelf grip te krijgen op de eigen gezondheid. Ondanks dat deelnemers van deze studie wel regelmatig automatische zelf-managementvaardigheden vertoonden, zijn ouderen met een lage SES die moeite hebben met zelf-managementvaardigheden een kwetsbare groep. Gezondheidsinterventies of gezondheidsbeleid zouden ouderen met een lage SES kunnen ondersteunen in het aanleren van zelf-managementvaardigheden om de eigen positieve gezondheid zo lang mogelijk te waarborgen. Na het uitvoeren van dit onderzoek zijn wij van mening dat foto-elicitatie interviews een geschikte methode is voor het interviewen van ouderen met een lage SES en daarbij ingezet kan worden om meer inzicht in de ervaringen en percepties van ouderen met een lage SES te krijgen. Wij willen met onze aanbevelingen andere onderzoekers inspireren en ondersteunen bij het gebruik van deze methode. De uitgebreide beschrijving van dit onderzoek kunt u lezen in artikelen van Platzer e.a. 2021; Platzer e.a. 2021.
Momenteel zijn wij bezig met een vervolgonderzoek waarbij de deelnemers zélf foto’s verzamelen over positief gezond ouder worden. Dit vervolgonderzoek zal moeten uitwijzen of de ‘deelnemer-gestuurde’ foto-elicitatie techniek tot een ander beeld over positieve gezondheidsperceptie leidt dan een ‘onderzoeker-gestuurde’ foto-elicitatie.