Doorbreek het taboe op zelfdoding bij ouderen
Zo luidt de titel van een bijdrage van Kim van den Berge, Eva Dumon en Ghwendolyn Portzky in het vorige nummer van Geron (volume 25). De auteurs vertrekken van het toenemend aantal zelfdodingen bij ouderen en pleiten er vanuit hun expertise als hulpverlener voor om signalen van ouderen serieus te nemen en hierover met hen in gesprek te gaan.
Koepelvereniging Zorgnet/Icuro, de grootste koepel van de Vlaamse ziekenhuizen en woonzorgcentra, noteerde een aantal veel voorkomende signalen van ouderen:
- Ik hoop dat ik niet meer wakker word. Wat zit ik hier nog te doen?
- Ze mogen me komen halen, ik vrees dat ze me vergeten zijn.
- Ik wil niet dat ze nog iets doen als mij iets overkomt. Dit is genoeg. Ik kan hier geen zin in zien… in een zetel zitten staren naar de muur. Wat is de zin hiervan…? Niemand komt hier levend uit… dit is de wachtkamer van de dood.
- Het zou beter zijn voor iedereen dat ik dood zou zijn.
- Ik wil niet dementeren, als ik mijn kinderen niet meer herken wil ik vertrekken.
- Mijn leven heeft geen zin meer, iedereen van mijn leeftijd is weg. Ik begrijp de jonge mensen niet meer.
- Als je niet meer van tel bent, wat is er dan nog over?
- Ik wil niet meer naar een woonzorgcentrum. Ik wil geen last zijn van de samenleving. Als het zover komt, dan stop ik met eten en drinken.
- Ze zouden beter jonge mensen helpen. Zorgen voor mij is weggesmeten geld.
- Het is zo spijtig. Ik heb niemand meer. Ik ben helemaal alleen. Oud zijn is niet mooi. Ik deed alles zelf. En nu voel ik me als een klein kind… zo afhankelijk van mensen die me eigenlijk niet eens zien staan.
Voor signalen van ouderen die aangeven dat het voor hen niet verder hoeft, kennen we meerdere begrippen: levensmoeheid, voltooid leven, lijden aan het leven, klaar met leven… De begrippen zijn in grote mate inwisselbaar, ze worden door en naast elkaar gebruikt en overlappen elkaar. Het onderscheid is moeilijk te maken.
Die signalen worden te weinig ernstig genomen, soms weggelachen met ‘och je hebt een slechte dag, morgen schijnt de zon en wordt het beter’. Uit cijfers van de christelijke mutualiteit (2018) blijkt dat liefst 39 procent van de bewoners van woonzorgcentra antidepressiva neemt, daarnaast krijgt nog eens 19 procent antipsychotica. Van zodra iemand wordt opgenomen in een woonzorgcentrum, stijgt de kans op gebruik van antidepressiva met 18 procent.
De oproep van de auteurs is dus meer dan terecht: neem signalen van ouderen serieus, ga het gesprek aan en doe er alles aan om het stijgend aantal zelfdodingen bij ouderen terug te dringen.
De vraag naar levensbeëindiging, toepassing euthanasiewet (2003)
Laat de huidige wetgeving toe om ouderen die levensmoe zijn te helpen om het leven te beëindigen op een serene manier? In 2021 werden 2.699 gevallen van euthanasie geregistreerd, dat is 10% meer dan een jaar eerder. Bij 17,7% werd als reden voor de levensbeëindiging polypathologie opgegeven. Het gaat om ouderen die niet verder willen leven en lijden aan een combinatie van niet-terminale kwalen, zoals bijvoorbeeld hoge bloeddruk, reuma, suikerziekte en nierfalen. De grondslag voor euthanasie is medisch lijden en valt dus binnen de voorwaarden die de huidige wetgeving stelt. Daarnaast groeit echter de vraag naar euthanasie zonder dat hiervoor een medische grond is.
In ons land werd de vraag voor het eerst luidop gesteld door radio coryfee Lutgart Simoens, die pleitte voor euthanasie als je leven ‘af’ is, wanneer je er zelf, uitdrukkelijk, vrijwillig, onafhankelijk en duurzaam om vraagt. Deze vraag kadert niet binnen de huidige wetgeving. ‘Voltooid leven alleen is geen afdoende reden voor euthanasie’ beklemtoont de evaluatiecommissie euthanasie, die waakt over de correcte uitvoering van de euthanasiewetgeving.
De roep om euthanasie bij voltooid leven klinkt vooral bij de aanstormende generatie van oude babyboomers. Zij zijn opgegroeid met een ethiek gebaseerd op zelfbeschikking: onafhankelijkheid en zelf de touwtjes in handen hebben zijn persoonlijke en maatschappelijke idealen die ze hoog in het vaandel dragen. Niet afhankelijk worden van anderen, niet naar een woonzorgcentrum willen, angst voor dementie… het zijn vaakgehoorde argumenten voor euthanasie bij voltooid leven. Dezelfde argumenten zorgen er ook voor dat het aantal zelfdodingen bij ouderen – vooral alleenstaande mannen – toeneemt.
De auteurs van bovengenoemd artikel pleiten er terecht voor om signalen van ouderen ernstig nemen. De hulpverlener moet echt luisteren naar de oudere en (eventueel) doorverwijzen naar de gespecialiseerde hulpverlening. Zoals gezegd: alleen een luisterend oor of meer psychologische hulp volstaat niet. Het gaat ook en vooral over de plaats van de ouderen in de samenleving en over respect voor hun autonomie en zelfbeschikking.
Is er plaats voor ouderdom in onze voorthollende samenleving?
Het beleid blijft investeren in de droom om langer te leven, maar weet geen blijf met de maatschappelijke positie van het toenemend aantal ouderen. Alles draait om wie actief is op de arbeidsmarkt. Ouderen komen in beeld als ze uitbundig ‘profiteren’ van hun pensioen, of als het gaat over de toenemende kosten van de pensioenen en de zorg door de groeiende groep ouderen. Het economisch belang van de arbeid die ouderen verrichten, zoals bij het opnemen van zorgtaken en het laten draaien van het verenigingsleven en sportclubs, wordt niet in rekening gebracht. De overheid investeert ook niet in randvoorwaarden die nodig zijn om ouderen bij het maatschappelijk gebeuren te betrekken, om hen gelukkig oud te laten worden. Uit een recent onderzoek van de Koning Boudewijnstichting (KBS) werd nog eens duidelijk dat ouderen het meest lijden onder het feit dat niemand hen nog om hun mening vraagt. Dat vóór hen en niet dóór hen wordt beslist.
Citaat uit ‘Kiezen moet kunnen Ook voor ouderen’. (KBS Rapport 26 09 2022):
‘De fundamentele waarden zijn in het gedrang .Oudere mensen willen kunnen kiezen in welke omgeving ze de laatste fase van hun leven doorbrengen. Ze willen ook mee bepalen hoe die omgeving functioneert. Het lijkt vanzelfsprekend, maar dat is het lang niet en zeker niet voor iedereen. Die autonomie en inspraak hebben ouderen in onze samenleving in veel gevallen niet. Deze twee fundamentele waarden en wensen zijn dan ook in het gedrang.’
We moeten op zoek naar een antwoord op de vraag wat de plaats is van de oudere in onze samenleving. Ouderen moeten de kans krijgen om op hun tempo af te bouwen . Vandaag worden steeds meer beslissingen voor en niet door ouderen genomen ‘voor zijn eigen veiligheid’, klinkt het dan. Steeds vaker ook krijgen ouderen een financiële bewindvoerder. Liefst ziet men kwetsbare ouderen met een dekentje over hun benen en het alarmsignaal om de hals. Niet de kwaliteit van leven van de oudere maar de rust van de omgeving staat voorop.
Ouderen erkennen in hun autonomie en zelfbeschikking.
Signalen als ‘het is genoeg geweest’, ‘ik hoop dat ik niet meer wakker word’ wringen in een samenleving die nog steeds inzet op zo lang mogelijk leven. Talloze campagnes willen ons minder laten wegen en meer laten bewegen, zo verdienen we immers een aantal extra levensjaren. Steeds meer mannen en vrouwen worden 100 jaar.
Maar ouder worden is niet altijd een feest. Ouder worden staat ook gelijk aan afbouwen, minder mobiel zijn, afscheid nemen van je partner en je vrienden, en afhankelijk worden van anderen voor zelfs de meest eenvoudige en zaken, zoals opstaan en je toilet maken. En er is ook angst: voor eenzaamheid, om de kinderen tot last te zijn, voor onaangepaste huisvesting en voor materiële tekorten. Misschien zorgt een antwoord op deze ‘angsten’ ervoor dat de oudere terug zin krijgt in het leven. Maar soms blijft er zo weinig over van wat het leven was, dat wat rest niet meer waard is om geleefd te worden. Dan zijn mensen levensmoe!
Is er een draagvlak voor een wet euthanasie bij voltooid leven?
Een uitbreiding van de grond voor euthanasie ligt gevoelig. Na de assisenzaak over de euthanasie van Tine Nys (2020), waarbij drie artsen werden vervolgd (en vrijgesproken) voor gifmoord, kwamen meer zaken boven water waarbij artsen en patiënten worden geïntimideerd of bedreigd met rechtszaken. De verhalen van Leif-artsen tonen dat ook in een aantal ziekenhuizen en woonzorgcentra de individuele keuze voor euthanasie moeilijk of onmogelijk wordt gemaakt.
Euthanasie, abortus, vrouwenrechten en LGTBQ+ rechten werden pas na een lange strijd ethische basisrechten. Vandaag worden ze weer op de helling gezet. Er was de uitspraak van het Hoog Gerechtshof in de VS die het recht op abortus in vraag stelt. LGTBQ+ rechten zijn dan weer in conservatief katholieke Europese landen niet gegarandeerd.
Maar ook in Vlaanderen zien we steeds meer tekenen van een ethisch reveil. Prof Chris Gastmans is directeur van het Centrum voor Biomedische Ethiek en Recht en lid van de ethische commissie van het UZ Leuven. In een interview met De Standaard (7/10/2021) laat hij optekenen: ‘De klassieke gezondheidsethiek schuift respect voor de autonomie als belangrijkste principe naar voren. Het is ook een enorme verworvenheid… Toch ben ik een andere weg ingeslagen. Het heeft tijd gekost, ik heb me moeten losscheuren. Ik heb, onder invloed van de zorgethiek, een andere visie ontwikkeld, die stelt dat de kwetsbaarheid van de mens het vertrekpunt van alle ethiek is. Dat is het tegenovergestelde van ethici die zeggen dat respect voor autonomie het uitgangspunt is.’
Respect voor autonomie vervangen door kwetsbaarheid brengt het oude zorgmodel terug waarbij ‘over’ en niet ‘door’ de zorgvrager wordt beslist; ‘wij weten best wat goed is voor jou, jij bent kwetsbaar en wij zullen u helpen.’
De wet op de patiëntenrechten, die 21 jaar oud is, bepaalt dat de patiënt inzage krijgt in de voorgestelde behandeling en een behandeling altijd kan weigeren. In de realiteit wordt de mening van de oudere patiënt zelden gevraagd. Zelfs als een bewoner van een WZC duidelijk maakt dat hij niet meer naar een ziekenhuis wil, belandt hij toch in het ziekenhuis.
Stop de eenzame zelfdodingen
We mogen als samenleving de kop niet in het zand steken. Het aantal zelfdodingen bij ouderen zal verder toenemen als we de vraag naar euthanasie bij voltooid leven niet ernstig nemen. Het is hoog tijd voor het ruimere debat over de plaats van de oudere in onze samenleving. Ook kwetsbare ouderen hebben recht op geborgenheid, zorgzekerheid en zelfbeschikking. Ouderen moeten op hun maat kunnen afbouwen en kunnen kiezen in welke omgeving ze de laatste fase van hun leven doorbrengen. Maar als de oudere bij zijn standpunt blijft en vrijwillig, onafhankelijk en duurzaam vraagt om te sterven omdat zijn leven voltooid is, dan moeten hulpverleners deze vraag ernstig nemen en het zelfbeschikkingsrecht van de oudere respecteren. We moeten de oudere dan helpen om dit afscheid waardig te maken. Hiervoor moeten we een veilig wettelijk kader maken. Het Nederlands wetsvoorstel ‘Voltooid Leven’ dat Pia Dijkstra (D66) in 2016 indiende is ook voor België een goed kader om het debat te starten. Dijkstra voorziet de functie van levenseindebegeleider die oordeelt of het verzoek vrijwillig, weloverwogen en duurzaam is. Hij begeleidt de oudere en zijn of haar omgeving bij de uitvoering van de euthanasie. Zo kunnen hopelijk veel eenzame en verschrikkelijke zelfmoorden voorkomen worden.