Ouder worden als reizen door de tijd
Doordat het levenseinde dichterbij komt, is wie ouder wordt zich vaak sterker bewust van tijd. Het leven strekt zich uit achter ons in herinneringen, ontvouwt zich in het heden en blijft zich aandienen in de toekomst. Psychologisch onderzoek laat zien dat mensen voortdurend heen en weer bewegen tussen verleden, heden en toekomst (Epstude & Peetz, 2012; Webster e.a., 2014). Dit vermogen wordt ook wel mentaal tijdreizen genoemd. Het is een menselijke vaardigheid die niet alleen praktisch nut heeft – plannen maken of herinneringen ophalen – maar ook diep verbonden is met zingeving.
Recente studies benadrukken dat de manier waarop ouderen met tijd omgaan een belangrijke rol speelt bij hun welzijn (Westerhof, 2019). Zowel reflectie op herinneringen als het maken van plannen en het verbeelden van mogelijke toekomsten helpen om richting te geven aan het leven. Daarbij gaat het niet alleen om individuele verbeeldingskracht, maar ook om sociale en collectieve processen waarin verhalen over verleden, heden en toekomst gedeeld worden (Michaelian & Sutton, 2017).
Veel onderzoek onder ouderen houdt zich bezig met het verleden. In de gerontologie krijgen reminiscentie en life review, in theorie en praktijk, veel aandacht vanuit het idee dat met het ouder worden het verleden een sterkere plaats gaat innemen. Maar het wordt steeds duidelijker dat ook voor ouderen een balans tussen gerichtheid op verleden en gerichtheid op de toekomst van belang is voor hun welbevinden. We gaan in dit artikel daarom in op tijdreizen naar de toekomst. We bespreken vier vormen van tijdreizen die relevant zijn voor ouderen: dagdromen, korte-termijn toekomstverbeelding, nalatenschap en collectief tijdreizen. Elk van deze vormen is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en wordt geïllustreerd met voorbeelden uit de praktijk.
Dagdromen: verbeelding als levensbron
Dagdromen wordt vaak geassocieerd met passiviteit, maar onderzoek laat zien dat het een actieve en waardevolle manier van tijdreizen kan zijn (Stawarczyk e.a., 2012). Dagdromen is een manier om toekomstige mogelijkheden te verkennen en betekenis te geven aan het heden. Het gaat daarbij niet om vrijblijvende fantasie, maar om verhalende miniaturen waarin een mens zich een ander perspectief voorstelt.
Voor ouderen kan dagdromen functioneren als een positieve tegenhanger van het stereotype ‘achter de geraniums zitten’. Het kan inspiratie bieden om op een vrije manier te denken over mogelijkheden in plaats van (te snel) te denken vanuit beperkingen die met het ouder worden gepaard kunnen gaan. Dagdromen kan ook herstelmomenten bieden, bijvoorbeeld door zich een wandeling in de natuur voor te stellen of door in gedachten met een dierbare samen te zijn. Zulke korte innerlijke reizen versterken gevoelens van verbondenheid en vitaliteit.
De korte termijn toekomst: zinvol ouder worden
Naast dagdromen over verre beelden, is de korte-termijn toekomst vaak van groot belang. Ouderen stellen zich vragen als: Wat maakt mijn dagen de moeite waard? Hoe blijf ik betrokken en verbonden?
Onderzoek naar zingeving laat zien dat betekenis in het leven niet alleen ontstaat door terug te blikken, maar ook door actief richting te geven aan wat nog komt (Sools e.a., 2020). In het dagelijks leven gebruiken mensen mentaal tijdreizen uit zichzelf, bijvoorbeeld om een feestje te plannen, of om na te denken over de invulling van het leven wanneer ze met pensioen gaan. De verbeelding van de toekomst kan ook bewust gestimuleerd worden in het kader van therapie, coaching en gemeenschapsontwikkeling. Een behulpzame methode is de Brief vanuit de Toekomst (Sools, 2019). Deze methode nodigt uit om naar een toekomstige situatie te reizen, zich deze beeldend voor te stellen en dan vanuit die situatie een brief te schrijven naar het huidige zelf of een ander publiek in het heden. Vanuit een toekomstig perspectief terugblikken op het heden maakt zichtbaar welke waarden en wensen richtinggevend zijn (Sools e.a., 2020). Een voorbeeld is de volgende brief vanuit de toekomst geschreven door een zeventigjarige vrouw aan haar kleindochter. Zij schreef de brief in het kader van een onderzoek tijdens de COVID19 pandemie, over wat mensen zagen als een gewenste toekomst na de pandemie (Sools e.a., 2023).
Dag lieverd, wat fijn om nu aan je te schrijven. Weet je hoe stil het was op straat en hoe de tv programma’s allemaal over het virus gingen? Eerst raakte iedereen wat van streek, maar daarna werd het, in navolging van de situatie buiten, ook binnen in de mensen stil. In feite kwam de crisis als geroepen. Dat komt omdat we als mensheid niet in staat waren om zelf stil te gaan staan en stil te worden, wat eigenlijk wel hard nodig was. Uiteindelijk, toen het lang genoeg duurde, kwam er in het innerlijk van veel mensen echte beweging. Beweging vanuit stilte. Mensen begrepen dat steeds meer geld willen verdienen helemaal niet gelukkig maakt, dat een steeds mooiere en grotere auto niets zegt over wie je werkelijk, ten diepste bent […]. Toen we niet veel meer konden doen dan wandelen in het park, in plaats van gaan kopen en drinken in de stad, hoorden we de vogels weer, of voor het eerst. We begonnen te zien hoe kostbaar de natuur is, hoe wij met haar verbonden zijn, hoe wij zelf in feite natuur zijn, en hoe kostbaar dat is. Daar kan geen gouden ketting tegenop. Weet je, schat, en toen gingen we uiteindelijk dingen echt veranderen. Toen uiteindelijk de vliegtuigen weer mochten vliegen, zorgden we er met zijn allen voor dat er veel minder vliegtuigen gingen vliegen […].Het belangrijkste was, dat we gingen zien, voelen en waarderen wat we eigenlijk hebben en zijn. Je gaat ook niet je eigen huis vernielen als je er lekker wilt wonen. […] En nu is er voor jou, mijn lieve kleindochter, een wereld waarin mensen liefdevol zijn en waardigheid uitstralen.
In de praktijk kan het zich concreet voorstellen van een gewenste toekomst leiden tot keuzes: iemand besluit wekelijks mee te doen aan een buurtactiviteit, zich in te zetten voor een hobby of vrijwilligerswerk te doen. Zulke kleine, haalbare toekomstbeelden kunnen een gevoel ondersteunen van zinvolheid, zowel in de vroege ouderdom als in latere fasen.
Nalatenschap: voorbij de eigen levenshorizon
Een derde manier van tijdreizen betreft het nadenken over nalatenschap: de vraag wat men wil achterlaten voor toekomstige generaties. Dit kan betrekking hebben op kinderen en kleinkinderen, maar ook op bredere gemeenschappen of (generaties van) toekomstige onbekenden (Allen e.a., 2008). Wetenschappelijk onderzoek wijst erop dat de wens om herinnerd te worden een fundamenteel psychologisch motief is. Het gaat daarbij niet alleen om materiële erfenissen, maar ook om het behouden van een positieve reputatie na de dood – een vorm van wat onderzoekers ‘symbolische onsterfelijkheid’ noemen (Waggoner e.a., 2023). Door iets na te laten dat langer voortleeft dan het eigen bestaan, wordt de angst voor de eindigheid van het leven verzacht.
Dit verlangen kan zich uiten in heel concrete vormen: brieven, dagboeken, audio- of video-opnames. Zulke documenten drukken waarden en overtuigingen uit die de schrijver belangrijk vindt, en bieden nabestaanden een bron van houvast. Ook kunst, vrijwilligerswerk of bijdragen aan de buurt kunnen fungeren als blijvende tekens van aanwezigheid.
Tegelijkertijd is het nalatenschapsmotief niet louter altruïstisch. Het hangt nauw samen met de menselijke behoefte aan erkenning en sociale verbondenheid. Mensen willen niet alleen iets goeds doen voor de toekomst, maar ook herinnerd worden als iemand die ertoe deed. Onderzoek laat zien dat juist die combinatie van generativiteit (iets bijdragen aan volgende generaties) en reputatie (gezien worden als waardevol) ouderen motiveert om actief met hun nalatenschap bezig te zijn (Waggoner e.a., 2023).
Belangrijk is dat nalatenschap niet altijd familiaal hoeft te zijn. Ook wie geen kinderen of kleinkinderen heeft, kan zijn of haar levensverhaal doorgeven. Denk aan een oud-docent die een stichting opricht voor kansarme jongeren, of iemand die actief meewerkt aan een duurzaam wijkproject. In zulke gevallen ontstaat een bredere, collectieve vorm van nalatenschap die niet minder betekenisvol is.
Collectief tijdreizen: samen de toekomst verbeelden
Mentaal tijdreizen hoeft geen solitaire bezigheid te zijn. In verschillende Nederlandse projecten blijkt dat het gezamenlijk verbeelden van de toekomst – ouderen met buurtgenoten, ontwikkelaars, professionals – krachtige effecten heeft. Dit collectieve tijdreizen (Michaelian & Sutton, 2017) biedt meer dan alleen hoop: het schept gedeelde waarden, vergroot sociale betrokkenheid en stelt bewoners in staat om zelf mee te bouwen aan de toekomst van hun leefomgeving. Zo wordt in diverse wijken in Nederland gewerkt aan het concept van zorgzame buurten. Dit betrekken van 65-plussers in het verkennen van wat zij wensen in hun leefomgeving — veiligheid, ontmoeting, voorzieningen — is een vorm van collectief tijdreizen. Zo ontstaat niet alleen inzicht in toekomstige behoeften, maar worden deze behoeften ook verbonden met acties in het heden.
Verhalende verbeelding kan worden ingezet om gedeelde toekomstbeelden samen concreet te maken. Methoden zoals brieven vanuit de toekomst kunnen gecombineerd worden met buurtbijeenkomsten waar die brieven gedeeld worden. Deze werkwijze helpt om de individuele wens voor de toekomst te koppelen aan het collectieve toekomstbeeld. Door het collectieve karakter wordt de toekomst niet louter een interne mentale ruimte, maar wordt deze sociaal verankerd: verwachtingen worden gedeeld, hoop wordt versterkt, en verantwoordelijkheid wordt beter gevoeld.
In het licht van de ecologische crisis is een interessante vraag voor vervolgonderzoek welke motieven gemobiliseerd kunnen worden zodat ouderen zich actief gaan inzetten voor een leefbare toekomst voor generaties aan mensen, dieren, planten en ander leven. Onderzoek wijst erop dat het afhankelijk is van het waardensysteem van iemand (gericht op behoud of vernieuwing; collectief of individualistisch; materieel of immaterieel) welke aanpak het beste werkt: gericht op bewondering en faam van de persoon die iets nalaat of op altruïstische motieven om bij te dragen aan iets wat het individu overstijgt (Waggoner e.a., 2023; Narrative Observatory, 2024).
Conclusie: tijd als bron van betekenis
Ouder worden is meer dan terugkijken, het is ook het vermogen om de toekomst te verbeelden. Beide zijn van belang, maar tijdreizen naar de toekomst krijgt veel minder aandacht. Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat tijdreizen naar de toekomst in vele vormen gebeurt: in de stille ruimte van dagdromen, in korte-termijn plannen voor zinvol leven, in de verbeelding van nalatenschap en in gezamenlijke oefeningen van collectief tijdreizen.
Al deze vormen laten zien dat mentaal tijdreizen geen escapisme is, maar een psychologisch en sociaal middel om betekenis, veerkracht en verbondenheid te ervaren. Door verbeeldingskracht serieus te nemen, wordt ouder worden niet alleen een proces van verlies, maar ook een fase van creatief omgaan met tijd. Mentaal tijdreizen heeft voordelen voor ouderen zelf, maar zou ook krachtiger ingezet kunnen en moeten worden om bij te dragen aan het creëren van een leefbare toekomst voor generaties na ons.