Doel onderzoek
Doel van het onderzoek was het ophalen van verhalen, meningen, wensen en signalen van senioren uit de KBO-PCOB-achterban. KBO-PCOB wil op basis hiervan bijdragen aan het agenderen van het belang van passende huisvesting voor ouderen bij de diverse stakeholders. Naast het onderzoek ging KBO-PCOB ook met een groep leden in gesprek over dit thema (panelgesprek). De resultaten van het onderzoek en het panelgesprek geven hierdoor zowel cijfermatige informatie als kwalitatieve informatie.
Voor de dataverzameling van het onderzoek is gebruik gemaakt van het online KBO-PCOB panel. 1.250 panelleden van KBO-PCOB beantwoordden in oktober 2018 vragen over de volgende onderwerpen: Wat is uw woonsituatie? Is uw huidige woning aangepast voor als u zorg nodig hebt? Bent u van plan te verhuizen tussen nu en vijf jaar? Wat is uw ideale woning voor de toekomst?
De gemiddelde leeftijd van de groep respondenten is 74 jaar, waarvan 56% vrouw en 44% man. 50% van de deelnemende ouderen heeft een laag opleidingsniveau, 33% een middenniveau en 18% een hoog opleidingsniveau.
Belang van wonen is groot
Wonen staat hoog op de agenda van senioren. Het onderwerp houdt veel senioren bezig en ook beleidsmakers en politici zien het belang in van wonen, mogelijk gecombineerd met zorg. Gezien de voortschrijdende vergrijzing, met een stijging van het aantal 75-plussers van 1,3 miljoen nu naar 2,1 miljoen in 2030, is het van belang om tijdig te zorgen voor voldoende woningen waarin ouderen langer thuis kunnen blijven wonen. Het huidige beleid is zo ingericht dat ook van mensen verwacht wordt dat zij een passende woning zoeken. Senioren geven aan dat zij dit ook graag zelf willen, maar tegelijkertijd is er te weinig aanbod van voor senioren geschikte woningen en is er weinig doorstroom op de huizenmarkt. Ook speelt het kostenaspect een grote rol, want een andere woning betrekken zal de woonlasten meestal verhogen. Dit maakt het voor senioren niet eenvoudig om zich goed op de woningmarkt te bewegen en zo te realiseren hoe ze graag willen wonen.
Resultaten woonwensenonderzoek
Het onderzoek dat KBO-PCOB uitvoerde ging onder meer in op de huidige woonsituatie, of er sprake is van woonaanpassingen, of er verhuisplannen zijn en hoe de ideale woning en woonomgeving eruit ziet. Ook werden de senioren bevraagd over de inzet van zorg in relatie tot wonen.
Uit het onderzoek blijkt dat één op de zes senioren van plan is te verhuizen. De ideale woning is de huidige woning, maar dan aangepast, of een gelijkvloers appartement. Maar opvallend vaak wensen senioren een woonvorm die er nog te weinig is: een wooneenheid met zorg of samenwonen onder gelijkgestemden met zorg dichtbij, zoals een hofje.
Verreweg de meeste senioren (95%) wonen zelfstandig. Dit is meestal in een flat of appartement (29%), gevolgd door een rijtjes-, tussen- of hoekwoning (20%), een eengezinswoning met meerdere woonlagen (13%) en de vrijstaande woning (11%). Hiervan is 60% koopwoning en 40% huurwoning.
Aanpassingen
Vier van de tien woningen van senioren zijn aangepast voor zorg. Het meest is dat gedaan in de badkamer, zoals door een lage instap voor bad of douche, een stoel in de douche en beugels of handgrepen. Zes van de tien woningen van senioren zijn dus niet aangepast voor bewoning voor de oude dag.
(On)geschikt
Maar liefst een op de vijf senioren geeft zijn woning een onvoldoende voor geschiktheid in de toekomst. Het gemiddelde rapportcijfer is een 6,9. De meeste problemen ondervinden senioren met trappen, drempels, hoge kasten, geen toilet op slaapniveau, geen slaapkamer op de begane grond, geen steunen en beugels in de badkamer, lage toiletten of de ongeschiktheid van de woning voor rolstoel/rollator.
Verhuizen
16% van de senioren geeft aan waarschijnlijk tot zeker van plan te zijn tussen nu en vijf jaar te gaan verhuizen. De belangrijkste reden hiervoor is de woning zelf, zeggen zes van de tien senioren met verhuisplannen. De woning is te groot, te klein, vereist te veel onderhoud of heeft trappen. De senioren die hun huidige woning een onvoldoende geven voor de geschiktheid van bewoning in de toekomst, zijn meer voornemens tussen nu en vijf jaar te verhuizen. Van de groep senioren die hun huidige woning een onvoldoende geeft, gaat zeker 35% verhuizen. Van de groep die de huidige woning een voldoende geeft, heeft zeker 5% verhuisplannen.
In het panelgesprek met leden naar aanleiding van het onderzoek is dieper ingegaan op verhuizen op leeftijd. Want vaak wordt gezegd; kun je oude bomen wel verplaatsen? Dat ligt eraan geven leden aan. Senioren vinden verhuizing zelden fijn. Als je er zélf voor kiest, is het een ander verhaal. Toch blijken mensen – vooral alleenwonenden – die geen trek hadden in verhuizen vaak op te bloeien in een woon-zorgcomplex, zo leert de ervaring. In het verlengde hiervan wordt ook het belang genoemd van de sociale omgeving. ‘Zorg dat je een aantal mensen om je heen hebt bij wie je altijd terecht kunt. Als je verhuist, is het belangrijk dat je zo’n netwerk opnieuw opbouwt.’
De ideale woning
De ideale woning om oud in te worden is volgens senioren de huidige woning (35%), gevolgd door een flat of appartement (30%), een wooneenheid met zorg (11%) en een vorm van samenwonen met gelijkgestemden, met zorg dichtbij, zoals een hofje of een verzorgingshuis (10%).
In het onderzoek is er ruimte gegeven voor toelichting. Een kort overzicht van enkele uitspraken van senioren geeft een extra dimensie aan de resultaten:
“Ik ben 80 en nog goed gezond, maar kom vanwege mijn hoge leeftijd helaas niet in aanmerking voor een woongroep of hofje.” “Als ik echt oud ben, wil ik toch liever niet alleen wonen.” “We zouden veel meer geld kwijt zijn als we verhuizen naar een seniorenwoning. Nu heb ik hulp gevonden en blijven we op onze vertrouwde plek.” “Als het nodig is, passen we de benedenverdieping aan en maken we daar een slaapkamer en douche.” “Er wordt veel te weinig gebouwd voor senioren. Aan ruime en betaalbare woningen is al helemaal een tekort. Bouw niet alleen appartementen, maar zeker ook gelijkvloerse huizen met een klein tuintje.” “Ik woon al ruim vijftig jaar in dit huis. Het liefst sterf ik hier.” “Het botweg sluiten van bejaarden- en verzorgingshuizen was een enorme fout. Mensen die daartoe niet meer in staat zijn, moeten nu veel te lang zelfstandig blijven wonen.” |
Oplossingen voor wonen in de toekomst
Langer zelfstandig thuis wonen, kan ondersteund worden door technologische ontwikkelingen. ‘Slim wonen’ kan veel mogelijk maken. Hoe ervaren de senioren deze mogelijkheden? Slimme technische hulpmiddelen en snufjes zijn een prima ontwikkeling, vinden de deelnemers van het panelgesprek, maar deze kunnen nooit de menselijke zorg vervangen. Ze zijn wel een nuttig hulpmiddel. Als voorbeeld wordt genoemd bewegingsmelders langs de plinten waardoor automatisch de verlichting aangaat. ‘Handig als je ’s nachts naar het toilet moet.’ Anderen noemen slimme matrassen met sensoren die gegevens doorgeven aan verzorgers, of een robot die fysiotherapie-oefeningen demonstreert. Door dit soort toepassingen is er bovendien meer tijd voor persoonlijke zorg en aandacht. Ook kan contact met een arts via een beeldscherm een goede oplossing zijn voor mensen die minder mobiel worden. Digitalisering is een goede ontwikkeling die veel voordelen biedt, maar tegelijkertijd zijn er meer dan 440.000 senioren die (nog) geen internet hebben, of hiermee om kunnen gaan. Ook het online delen van medische gegevens tussen zorgverlener en patiënt stuit bij sommigen op angst: wie leest en luistert er mee?
Senioren weten als geen ander wat er nodig is
Vanuit het gesprek met de leden over het woonwensen zijn door KBO-PCOB de volgende conclusies getrokken: Senioren zijn allesbehalve over één kam te scheren. Er is een enorme diversiteit aan wensen en eisen. Zo wil de een absoluut dicht bij voorzieningen zoals de kerk en winkels blijven wonen en vindt de ander het geen probleem om daarvoor de auto te pakken. Ook financiën spelen een rol. Senioren willen wel verhuizen, maar alleen als de woonlasten niet stijgen.
Het tijdig oriënteren op toekomstige woonmogelijkheden is van belang. Het kost over het algemeen genomen geruime tijd voordat de ideale woning is gevonden. Dit geldt ook voor het groepswonen, waar veel animo voor bestaat. Het op tijd verkennen van mogelijkheden is nodig. Tot slot wordt benoemd dat een betere doorstroming op de woningmarkt van belang is.
Zowel de landelijke als lokale overheid spelen een belangrijke rol bij het realiseren van woonwensen van senioren. Veel senioren hebben wel oren naar creatieve oplossingen zoals groepswonen, een modern hofje of een kangoeroewoning. Uit het panelgesprek blijkt echter dat de praktijk vaak weerbarstig is. Zo blijken bestemmingsplannen, een gebrek aan ruimte, maar ook weinig oog voor ouderen bij overheden belemmerend te werken. Dat laatste is waar KBO-PCOB sterk op inzet. Want juist het gesprek met de senioren over wonen en de toekomst wordt erg gemist op zowel landelijk als lokaal overheidsniveau. Het gesprek met senioren is van grote meerwaarde voor de manier waarop we onze woningvoorraad moeten invullen in Nederland. Praat als partijen met een woonopdracht met elkaar en met de mensen voor wie gebouwd moet worden. Senioren weten als geen ander wat er nodig is.